Er bestaat juridisch gezien onderscheid tussen verschillende soorten merken. Volgens artikel 2.1 BVIE kan een merk bestaan uit allerlei verschillende tekens en in het bijzonder uit
- woorden, waaronder namen van personen;
- tekeningen;
- letters;
- cijfers;
- kleuren;
- vormen van waren of verpakkingen van waren;
- geluiden.
Alle tekens zijn dus toegestaan, mits zij niet resulteren in een absoluut of relatief ontoelaatbaar merk. Absolute ontoelaatbaarheid gaat over het merk zelf. Een merk is bijvoorbeeld absoluut ontoelaatbaar als het voldoende onderscheidend is, in strijd is met de openbare orde of goede zeden, of misleidend is. Relatieve ontoelaatbaarheid gaat over het merk ten opzichte van oudere rechten. Als er partijen bestaan met een ouder recht dat conflicteert met het merk, dan is een merk relatief ontoelaatbaar.
Beeldmerken
Hoewel alle merken juridisch gezien gelijk zijn, wordt er vaak onderscheid gemaakt tussen woordmerken en beeldmerken. In het geval van woordmerken gaat het over merken waarin uitsluitend tekst is opgenomen. In beeldmerken zijn daarentegen ook grafische elementen opgenomen. Als er zowel woordelementen als grafische elementen in een merk zijn opgenomen dan wordt er vaak gesproken over een gecombineerd woordbeeldmerk.
Een beeldmerk of een gecombineerd woordbeeldmerk beschermt niet alleen de daarin opgenomen tekst, maar ook de grafische opmaak van het teken. Dergelijke merken zijn handig als je naast je bedrijfs- of productnaam ook de grafische opmaak van bijvoorbeeld een logo wilt beschermen. Dat heeft ook een keerzijde. In een eventueel conflict met een ander merk wordt onder meer de overeenstemming tussen de merken beoordeeld. Bij het bepalen van overeenstemming wordt in het geval van een gecombineerd woordbeeldmerk ook de grafische opmaak van het merk meegenomen. Wanneer de grafische opmaak erg verschilt ten opzichte van een potentieel conflicterend woordbeeldmerk, kan de conclusie zijn dat onvoldoende overeenstemming bestaat. Dat kan leiden tot het oordeel dat geen sprake is van verwarringsgevaar. Een woordmerk biedt dus vaak een sterkere aanspraak op een naam. Uiteraard speelt het tekstuele gedeelte in een gecombineerd woordbeeldmerk natuurlijk wel een belangrijke rol bij het bepalen van de mate van overeenstemming.